Medicijnenacenocoumarol

acenocoumarol

Medicijnenacenocoumarol

acenocoumarol

Belangrijkste zakenWaarbij gebruik ik het?Mogelijke bijwerkingenHoe gebruik ik dit?Een keer vergeten, wat nu?Mag ik autorijden, alcohol drinken, alles eten?Gebruik met andere medicijnenGebruik bij zwangerschap of borstvoedingGebruik bij slechte nieren of leverGebruik bij ernstig overgewicht of na maagverkleiningMag ik zomaar stoppen?Onder welke namen verkrijgbaar?Heb ik een recept nodig?
    • Acenocoumarol zorgt ervoor dat bloed minder makkelijk samenklontert (antistollingsmedicijn). Hierdoor heeft u minder kans op trombose.
    • Bij trombose en bepaalde hartritmestoornissen. En na een hartaanval, beroerte (herseninfarct of TIA), om herhaling te voorkomen.
    • De trombosedienst controleert uw stolling. Bloedstolling is van veel afhankelijk, bijvoorbeeld van voedsel. Laat de trombosedienst u voorlichten en volg de adviezen op.
    • Slik dit medicijn elke dag aan het eind van de middag of aan het begin van de avond. Zo kunt u een veranderde dosering nog op dezelfde dag opvolgen.
    • Wordt u geopereerd? Overleg met de trombosedienst of u eventueel moet stoppen met acenocoumarol.
    • Bloedingen komen voor. U krijgt dan sneller blauwe plekken of een inwendige bloeding. Krijgt u grote blauwe plekken, bloed in de ontlasting of urine, of ineens zware hoofdpijn? Waarschuw direct uw arts.
    • Veel wisselwerkingen met andere medicijnen. Laat uw apotheker controleren of u acenocoumarol veilig kunt gebruiken met uw andere medicijnen, ook medicijnen die u zonder recept heeft gekocht.
    • Let op! Niet gebruiken als u zwanger bent. Dit medicijn is slecht voor de baby in uw buik.

    Download de samenvatting

     

    • Acenocoumarol is een antistollingsmiddel.

      Artsen schrijven het voor bij trombose, na een hartinfarct, beroerte (herseninfarct) of TIA en bij hartritmestoornissen.

      • Oorzaak
        Bij een hartinfarct krijgt een deel van het hart onvoldoende bloed. Meestal komt dit door een bloedstolsel in één van de bloedvaten die het hart van bloed voorzien. Het bloedvat raakt verstopt, waardoor een deel van het hart te weinig bloed krijgt. Dat deel van het hart raakt beschadigd en kan niet meer optimaal werken.

        Voorkomen van een tweede hartinfarct 
        Artsen schrijven soms acenocoumarol voor om een tweede hartinfarct te voorkomen. Acenocoumarol remt de vorming van bloedstolsels, zodat niet zo snel opnieuw een bloedvat verstopt kan raken.

        Effect
        Van deze preventieve werking merkt u zelf niets, het effect is alleen meetbaar via bloedonderzoek. De trombosedienst prikt daarom regelmatig uw bloed en stelt aan de hand van de resultaten een doseringsadvies voor u op.

        De eerste tablet heeft pas na ongeveer een dag effect. Na anderhalf tot twee dagen gebruik is het effect maximaal. Een dosis werkt minimaal 24 uur.

        Consequent gebruiken
        Het lichaam maakt voortdurend nieuwe bloedcellen aan die weer kunnen samenklonteren. Daarom is het van belang dat u dit medicijn elke dag inneemt. Zo remt u constant het ontstaan van bloedstolsels en verkleint u de kans op ernstige hart- en vaatproblemen.

        • Beroerte is een verzamelnaam voor TIA (voorbijgaande lichte beroerte), herseninfarct en hersenbloeding.
          De oorzaak is een afsluiting van een bloedvat (bij een TIA of een herseninfarct) of een bloeding (bij een hersenbloeding) in de hersenen.

          Oorzaak
          Bij een beroerte door een herseninfarct is door een bloedstolsel een ader in de hersenen afgesloten. Hierdoor krijgt een deel van de hersenen niet voldoende zuurstof. Wanneer deze situatie te lang blijft bestaan, sterft dat deel van de hersenen af.

          Voorkomen van een beroerte
          Om een tweede beroerte te voorkomen wordt soms acenocoumarol gebruikt. Acenocoumarol remt de vorming van bloedstolsels, zodat de bloedvaten niet zo snel opnieuw verstopt kunnen raken.

          Effect
          Van deze preventieve werking merkt u zelf niets, het effect is alleen meetbaar via bloedonderzoek. De trombosedienst prikt daarom regelmatig uw bloed en stelt aan de hand van de resultaten een doseringsadvies voor u op.

          De eerste tablet heeft pas na ongeveer een dag effect. Na anderhalf tot twee dagen gebruik is het effect maximaal. Een dosis werkt minimaal 24 uur.

          Consequent gebruiken
          Het lichaam maakt voortdurend nieuwe bloedcellen aan die weer kunnen samenklonteren. Daarom is het van belang dat u dit medicijn elke dag inneemt. Zo remt u constant het ontstaan van bloedstolsels en verkleint u de kans op ernstige hart- en vaatproblemen.

          • TIA is een afkorting van de Engelse term `transient ischaemic attack`. Bij een TIA heeft een bloedstolseltje de bloedtoevoer naar een klein deel van de hersenen korte tijd afgesloten. Dat gedeelte van de hersenen krijgt daardoor tijdelijk geen zuurstof.

            Verschijnselen
            Gedurende enkele minuten treden dan één of meer van de volgende verschijnselen op: verlammingen in het gezicht (bijvoorbeeld een scheve mond), verward spreken en denken, verlammingen aan een arm of been, minder goed zien, tintelingen, duizeligheid en sufheid. De verschijnselen duren kort en gaan weer helemaal over. Een TIA kan echter wel een voorbode zijn voor een beroerte (herseninfarct).

            Voorkomen van een beroerte of tweede TIA
            Om een tweede TIA of een beroerte te voorkomen, wordt soms acenocoumarol gebruikt. Het vermindert de vorming van bloedstolsels.

            Effect
            Van de werking van acenocoumerol merkt u zelf niets, het effect is alleen meetbaar via bloedonderzoek. De trombosedienst prikt daarom regelmatig uw bloed en stelt aan de hand van de resultaten een doseringsadvies voor u op.

            De eerste tablet heeft pas na ongeveer een dag effect. Na anderhalf tot twee dagen gebruik is het effect maximaal. Een dosis werkt 24 uur.

            Consequent gebruiken
            Het lichaam maakt voortdurend nieuwe bloedcellen aan die weer kunnen samenklonteren. Daarom is het van belang dat u dit medicijn elke dag inneemt. Zo remt u constant het ontstaan van bloedstolsels en verkleint u de kans op ernstige hart- en vaatproblemen.

            • Bij sommige hartritmestoornissen is er een kans dat er na enige tijd stolsels ontstaan in het hart. Als deze hartritmestoornis langer duurt, is daarom vaak een bloedverdunner nodig, zoals acenocoumarol.

              Werking
              Acenocoumarol remt de vorming van bloedstolsels.

              Effect
              Van de werking merkt u zelf niets, het effect is alleen meetbaar via bloedonderzoek. De trombosedienst prikt daarom regelmatig uw bloed en stelt aan de hand van de resultaten een doseringsadvies voor u op.

              De eerste tablet heeft pas na ongeveer een dag effect. Na anderhalf tot twee dagen gebruik is het effect maximaal. Een dosis werkt minimaal 24 uur.

              Consequent gebruiken
              Het lichaam maakt voortdurend nieuwe bloedcellen aan die weer kunnen samenklonteren. Daarom is het van belang dat u dit medicijn elke dag inneemt. Zo remt u constant het ontstaan van bloedstolsels en verkleint u de kans op ernstige hart en vaatproblemen.

              • Als er schade is aan bloedvaten, kunnen we bloed verliezen. Als reactie klontert het bloed samen en vormt een bloedstolsel. Het bloedstolsel repareert de schade aan het bloedvat. Hierdoor stopt het bloeden. 
                Maar het bloedstolsel kan ook los raken van het bloedvat en in het bloed komen. Via het bloed kan het bloedstolsel ergens anders komen en een kleiner bloedvat afsluiten. Als dit bloedstolsel een bloedvat in het been afsluit, spreken we van een trombosebeen.
                Bij een trombosebeen kan het bloed minder goed stromen en krijgt het been te weinig bloed. Ook kan een ader helemaal afgesloten zijn. Uw onderbeen kan dan dik, rood en pijnlijk zijn.

                Oorzaak
                Bloedstolsels kunnen ontstaan in ruwe, ontstoken of beschadigde bloedvaten. Dit kan bijvoorbeeld bij ernstige aderverkalking (atherosclerose). Ook na operaties, bij kunstmatige hartkleppen of vaatprothesen kunnen bloedstolsels ontstaan. Zo'n bloedstolsel kan een bloedvat afsluiten, met soms ernstige gevolgen. Ook kan de bloedstroom losgeraakte stukjes bloedstolsel meevoeren die  verderop een bloedvat in het been afsluiten.

                Werking
                Acenocoumarol voorkomt de vorming van bloedstolsels. Van de werking van acenocoumarol voelt u zelf niets.

                Iedere dag gebruiken
                Het lichaam maakt steeds weer nieuwe bloedcellen aan die kunnen samenklonteren. Daarom is het belangrijk dat u acenocoumarol elke dag inneemt. Zo remt u het ontstaan van bloedstolsels en is de kans op een trombosebeen kleiner.
                 

                • Als er schade is aan bloedvaten, kunnen we bloed verliezen. Als reactie klontert het bloed samen en vormt een bloedstolsel. Het bloedstolsel repareert de schade aan het bloedvat. Hierdoor stopt het bloeden. 
                  Maar het bloedstolsel kan ook los raken van het bloedvat en in het bloed komen. Via het bloed kan het bloedstolsel ergens anders komen en een kleiner bloedvat afsluiten. Als dit bloedstolsel een bloedvat in de longen afsluit, spreken we van een longembolie.
                  Bij een longembolie kan het bloed minder goed stromen en krijgen de longen te weinig bloed. Ook kan een ader helemaal afgesloten zijn. U gaat dan sneller ademen en heeft pijn met ademen. Ook kan het zijn dat u slijm met een beetje bloed ophoest.

                  Oorzaak
                  Bloedstolsels kunnen ontstaan in ruwe, ontstoken of beschadigde bloedvaten. Dit kan bijvoorbeeld bij ernstige aderverkalking (atherosclerose). Ook na operaties, bij kunstmatige hartkleppen of vaatprothesen kunnen bloedstolsels ontstaan. Zo'n bloedstolsel kan een bloedvat afsluiten, met soms ernstige gevolgen. Ook kan de bloedstroom losgeraakte stukjes bloedstolsel meevoeren, die verderop een bloedvat in de longen afsluiten.

                  Werking
                  Acenocoumarol voorkomt de vorming van bloedstolsels. Van de werking van acenocoumarol voelt u zelf niets. 

                  Iedere dag gebruiken
                  Het lichaam maakt steeds weer nieuwe bloedcellen aan die kunnen samenklonteren. Daarom is het belangrijk dat u acenocoumarol elke dag inneemt. Zo remt u het ontstaan van bloedstolsels en is de kans op een longembolie kleiner.

                • Behalve het gewenste effect kan dit medicijn bijwerkingen geven.

                  De belangrijkste bijwerkingen zijn de volgende:

                  Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)

                  • U kunt gemakkelijk bloeduitstortingen en blauwe plekken krijgen, ook zonder dat u zich (hard) stoot.

                    Dit komt doordat het bloed langzamer stolt en het dus langer duurt voordat een wondje stopt met bloeden. Krijgt u ernstige uitwendige bloedingen, neem dan altijd zo snel mogelijk contact op met uw arts.

                  • Omdat dit middel uw bloedstolling remt, kan het bij bijvoorbeeld operaties problemen geven, bijvoorbeeld na het trekken van tanden of kiezen; meld daarom bij elk bezoek aan de tandarts dat u dit middel gebruikt.

                  Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

                  • Ook inwendige bloedingen zijn mogelijk. U merkt dat aan een roze of bruine verkleuring van de urine of een zwarte verkleuring van de ontlasting. Als u dit merkt, moet u direct het gebruik staken en contact opnemen met uw arts.

                  • Heeft u een bloedstollingsziekte. U heeft meer kans op bloedingen.

                    Overleg met uw arts of apotheker voor u dit medicijn gaat gebruiken.

                  Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

                  • Overgevoeligheid voor dit middel. Dit merkt u aan allergische huidreacties.

                    Raadpleeg bij deze verschijnselen uw arts. Geef aan de apotheek door dat u overgevoelig bent voor acenocoumarol. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u het middel niet opnieuw krijgt.

                  • Haarverlies (tijdelijk), koorts en maagdarmklachten (misselijkheid, diarree, buikkrampen)

                  • Mensen met een maag- of darmzweer, slokdarmontsteking door opkomend maagzuur of maagdarmbloeding mogen dit middel niet gebruiken. De zweer kan gaan bloeden en de bloeding stopt dan slecht.

                    Heeft u een van deze klachten in het verleden gehad? Overleg dan met uw arts. Meestal schrijft de arts een maagbeschermend middel voor, zoals omeprazol.

                  • Hersenbloeding. U merkt dit aan uitvalsverschijnselen. Dit zijn verlamming in het gezicht, zoals een scheef hangende mond, warrig spreken, verlamming van het lichaam, verdoofd gevoel in arm of been, tintelingen, ernstige hoofdpijn, dubbel zien, slechter zien en duizeligheid.

                  • Heeft u al eerder een hersenbloeding gehad? U heeft dan meer kans op een hersenbloeding.

                    Bespreek met uw arts of dit medicijn voor u geschikt is. Neem bovendien direct contact op met uw arts als u uitvalsverschijnselen heeft.

                  • Voor vrouwen in de vruchtbare leeftijd is een extra waarschuwing op zijn plaats: dit middel kan schadelijk zijn voor het ongeboren kind, vooral de eerste drie maanden van de zwangerschap. Zorg dus voor goede anticonceptie.


                  Neem contact op met uw apotheker of arts als u te veel last heeft van deze of andere bijwerkingen waar u zich zorgen over maakt.


                  Heeft u last van een bijwerking? Meld dit dan bij het bijwerkingencentrum lareb. Hier worden alle meldingen over bijwerkingen van medicijnen in Nederland verzameld. Ik wil een bijwerking melden

                  • Regelmatig: bij meer dan 30 op de 100 mensen
                    Soms: bij 10 tot 30 op de 100 mensen
                    Zelden: bij 1 tot 10 op de 100 mensen
                    Zeer zelden: bij minder dan 1 op de 100 mensen
                    • Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek of op het schema dat u van de trombosedienst krijgt.

                      Hoe? 
                      U kunt de tabletten zowel voor, tijdens als na het eten innemen. Voedsel heeft nauwelijks invloed op de opname in het lichaam. Neem de tabletten zonder te kauwen in met wat vloeistof. Zo voorkomt u dat dit medicijn tussen de tanden en kiezen achterblijft en daardoor niet wordt opgenomen in uw lichaam.

                      Wanneer? 
                      Slik het medicijn elke dag aan het eind van de middag of begin van de avond. Zo kunt u eventuele wijzigingen in de dosering door de trombosedienst nog dezelfde dag opvolgen.

                      Hoe lang? 
                      Dit hangt af van uw situatie. In de meer acute situaties duurt de behandeling anderhalf tot drie maanden. Maar het kan ook jaren zijn, soms zelfs levenslang. Blijft u het dus trouw gebruiken, zolang uw arts het nodig vindt. Zonder dit middel loopt u de kans dat uw bloed (weer) te dik wordt, of dat er stolsels ontstaan die de kleine bloedvaten kunnen afsluiten.

                      • Bij ontdekking op dezelfde dag moet u de vergeten dosis zo snel mogelijk alsnog innemen. Merkt u het pas de volgende dag, dan mag u de vergeten dosis niet zonder meer inhalen. Neem dan contact op met de trombosedienst. Zij kunnen u adviseren wat u in uw geval het beste kunt doen.

                        • autorijden?
                          U kunt autorijden met dit medicijn.

                          alcohol drinken?
                          Alcohol in grote hoeveelheden versterkt het effect van acenocoumarol. Hierdoor duurt het langer voor een wondje stopt met bloeden. Bij grote (inwendige) bloedingen is dit gevaarlijk. Drink liever geen alcohol of hooguit 1 glas per dag.

                          alles eten?
                          U mag alles eten. Bepaalde levensmiddelen met veel vitamine K kunnen echter de werking van dit middel verminderen. Dit zijn bijvoorbeeld andijvie, spinazie, groene kool, broccoli en sla. Wees matig met het gebruik van dergelijke levensmiddelen.

                          • Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje 'samenstelling'.

                            De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

                            • De ontstekingsremmende pijnstillers fenylbutazon en piroxicam mag u NIET gebruiken. De overige ontstekingsremmende pijnstillers, zoals ibuprofen, naproxen en ketoprofen verhogen de kans op bloedingen in maag en darmen. Gebruik daarom liever paracetamol als pijnstiller. Gaat u deze combinatie wel gebruiken, meld dat dan altijd aan de trombosedienst.
                            • Salicylaten, zoals acetylsalicylzuur en carbasalaatcalcium. Gebruik doseringen hoger dan 300 mg per dag NIET. Bij doseringen van 300 mg per dag of minder: overleg met uw arts.
                            • Bepaalde bijnierschorshormonen (corticosteroïden) om in te nemen of als injectie, zoals cortison, dexamethason, hydrocortison, methylprednisolon, prednisolon, prednison en triamcinolon. Gebruikt u een hoge dosering van deze medicijnen? Dan kan de werking van acenocoumarol toenemen. Overleg hierover met uw arts. Meld het aan de trombosedienst als u deze medicijnen gaat gebruiken en als u ermee stopt.
                            • Noscapine, een hoestmiddel. De werking van acenocoumarol neemt toe. Meld het aan de trombosedienst als u noscapine gaat gebruiken en als u ermee stopt.
                            • Het antibioticum cotrimoxazol (trimethoprim/sulfamethoxazol). Dit middel mag u waarschijnlijk niet gebruiken. Raadpleeg uw arts. Mogelijk krijgt u een ander antibioticum. Alleen in zeer uitzonderlijke gevallen moet u toch co-trimoxazol gebruiken. In die situatie zal uw arts uw bloed extra laten controleren door de trombosedienst.
                            • Het antibioticum metronidazol. Dit middel mag u niet gebruiken, behalve als het een eenmalige dosering voor een kuur van een dag betreft.
                            • De antibiotica rifampicine, rifabutine en rifaximine. De werking van acenocoumorol neemt af. Meld het aan de trombosedienst als u deze medicijnen gaat gebruiken en als u ermee stopt.
                            • De antischimmelmiddelen miconazol, fluconazol, itraconazol en voriconazol mag u ook niet gebruiken. Van fluconazol mag u wel een kuur van één dag gebruiken.
                            • Door vitamine K neemt de werking af. Dit kan de bedoeling zijn bij een overdosering. Maar gebruik geen extra vitaminepreparaten met vitamine K. Vloeibare voedingspreparaten kunnen ook vitamine K bevatten. Meld dan altijd aan de trombosedienst als u dit gaat gebruiken.
                            • Metformine, een medicijn tegen diabetes mellitus (suikerziekte). De werking van acenocoumorol kan afnemen. Meld het aan de trombosedienst als u metformine gaat gebruiken of als de dosering is aangepast.
                            • Azathioprine, een medicijn dat de lichaamsafweer tegen vreemde cellen onderdrukt en ontstekingen remt. De werking van acenocoumorol kan afnemen. Meld het aan de trombosedienst als u azathioprine gaat gebruiken of als de dosering is aangepast.
                            • De cholesterolverlager colestyramine mag u niet gelijktijdig innemen met acenocoumarol, omdat dan de werking van het antistollingsmiddel afneemt. Neem beide middelen met een tussenpoos van vier uur in en meldt het gebruik aan de trombosedienst.
                            • Sommige medicijnen tegen depressie. Deze medicijnen kunnen het effect van acenocoumarol versterken. Meld het aan de trombosedienst als u medicijnen tegen depressie gaat gebruiken of als u gaat stoppen met deze medicijnen.
                            • Sommige medicijnen tegen epilepsie, zoals carbamazepine en fenobarbital. Het effect van acenocoumarol op de bloedstolling kan afnemen. Meld het aan de trombosedienst als u medicijnen tegen epilepsie gaat gebruiken of als u gaat stoppen met deze medicijnen.
                            • Bepaalde medicijnen tegen kanker. Het effect van acenocoumarol op de bloedstolling kan afnemen of toenemen. Ook heeft kanker invloed op de bloedstolling. Meld het aan de trombosedienst als u medicijnen tegen kanker gebruikt of hiermee stopt.
                            • Sommige medicijnen tegen hiv en hepatitis C. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat.

                            Wanneer u voor één van deze middelen toch een recept krijgt, kan uw apotheek met de arts overleggen over een alternatief. Het is daarvoor wel van belang, dat de apotheek weet dat u acenocoumarol gebruikt.

                            Wanneer u niet altijd bij dezelfde apotheek uw medicijnen haalt is het verstandig dat u dit meldt. Er is behalve de bovenstaande middelen een groot aantal andere medicijnen dat u alleen mag gebruiken nadat de trombosedienst hiervan op de hoogte is gesteld. Uw apotheek kan dit voor u doen, zodat de trombosedienst indien nodig de dosering kan aanpassen.

                            Meld ook aan de trombosedienst als u de behandeling met een van die andere medicijnen stopzet, want ook dat kan de bloedstolling beïnvloeden.

                            Uw gevoeligheid voor dit middel kan sterk wisselen. De bloedstolling kan in bepaalde situaties ontregeld raken. Bijvoorbeeld door het gelijktijdig gebruik van middelen die u zonder recept kunt kopen, denk daarbij ook aan kruidenmiddelen of vitaminepreparaten. Vraag bij aanschaf van geneesmiddelen zonder recept altijd uw apotheker of deze de werking van uw bloedverdunner kunnen beïnvloeden. Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

                            • Zwangerschap
                              Gebruik dit medicijn NIET als u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Dit medicijn is slecht voor de baby. Vooral in sommige periodes van de zwangerschap is het risico op schadelijke effect bij de baby en bij u het grootst.
                              Tijdens de eerste 3 maanden van de zwangerschap (1e trimester) kan het miskramen en aangeboren afwijkingen veroorzaken. Ook gebruik na het 1e trimester geeft een hoger risico op afwijkingen bij de baby. Zoals oogafwijkingen, gehoorschade en groeivertraging. Gebruik tijdens de laatste maand van de zwangerschap kan bloedingen veroorzaken bij de moeder en de baby.
                              Gebruikt u dit medicijn? Overleg dan met uw arts of apotheker. In veel gevallen kan uw arts een ander medicijn voorschrijven. Een medicijn waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. Dit is niet altijd mogelijk. Bijvoorbeeld bij vrouwen met een hartklepprothese.

                              Borstvoeding
                              U kunt dit medicijn veilig gebruiken als u borstvoeding geeft. Dit medicijn komt niet in de moedermelk terecht.

                              Gebruikt u medicijnen op recept of die u zonder recept koopt? Wilt u helpen om de kennis over medicijngebruik tijdens zwangerschap en borstvoeding te vergroten? Meld dan uw ervaring bij Moeders van Morgen.

                              • Nieren

                                Werken uw nieren minder goed of dialyseert u? U mag dit medicijn gebruiken, zoals uw arts heeft voorgeschreven. Het kan zijn dat uw arts uw bloed extra laten controleren door de trombosedienst.

                                Lever

                                Heeft u levercirrose? U mag dit medicijn gebruiken, zoals uw arts heeft voorgeschreven. Het kan zijn dat uw dosering aangepast moet worden. Over het gebruik van dit medicijn bij levercirrose is nog weinig bekend. Bij de (weinige) mensen met levercirrose die dit medicijn gebruikten, zijn tot nu toe nog geen veranderingen gezien in de werking van de lever, en in de werking en bijwerkingen van dit medicijn.

                                • Maagverkleining

                                  Heeft u een maagverkleining gehad? U mag dit medicijn gebruiken, zoals uw arts heeft voorgeschreven. Het kan zijn dat uw arts uw bloed extra laat controleren door de trombosedienst.

                                  Ernstig overgewicht

                                  Heeft u ernstig overgewicht? Overleg dan met uw arts of apotheker. Het kan zijn dat uw arts de dosering aanpast.

                                  Als u niet weet of u ernstig overgewicht heeft, dan kunt u dit uitrekenen. Namelijk door uw BMI (Body Mass Index) te berekenen. Dit getal geeft aan of uw gewicht past bij uw lengte. Ga hiervoor naar de BMI-meter en vul uw gewicht en lengte in. Is uw BMI 40 of meer? Dan heeft u ernstig overgewicht.

                                  • U kunt op elk moment in 1 keer stoppen met het gebruik van dit medicijn. Stop echter alleen als uw arts dat adviseert. Het remmende effect op de bloedstolling houdt na de laatste dosis nog ongeveer 2 dagen aan.

                                    Denkt u erover na om te stoppen met dit medicijn? Lees voor meer informatie het thema 'Kan ik stoppen met mijn bloedverdunners?'.

                                    • De werkzame stof acenocoumarol zit in de volgende producten:
                                      • Ja, u heeft een recept nodig.

                                        Acenocoumarol is sinds 1950 internationaal op de markt. Het is op recept verkrijgbaar als het merkloze Acenocoumarol in tabletten.

                                        Laatst bijgewerkt op 23-08-2024

                                        Disclaimer

                                        Deze tekst is opgesteld door het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP. Deze tekst is gebaseerd op de bijsluiter van het beschreven medicijn en op andere, wetenschappelijke bronnen. Zoals medische richtlijnen, standaarden en literatuur. Bent u benieuwd hoe het apotheek.nl-team dit doet? Bekijk dan de video. Hoewel bij het opstellen van de tekst uiterste zorgvuldigheid is betracht, is de KNMP niet aansprakelijk voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige onjuistheid in deze tekst. De officiële bijsluiter van dit medicijn vindt u bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen op: www.cbg-meb.nl.

                                        Vond u deze informatie nuttig?

                                        Vind een apotheek

                                        Wilt u meer weten, of heeft u een vraag over uw eigen situatie? Dan raden wij u aan naar uw eigen apotheek te gaan. Uw eigen apotheker is op de hoogte van uw persoonlijke omstandigheden en kan u uitgebreid begeleiden bij uw medicijngebruik. Bent u niet in de buurt van uw eigen apotheek, dan kunt u hier ook andere apotheken vinden.
                                        Vind een apotheek blob

                                        Vraag het de webapotheker

                                        Vraag het de webapotheker

                                        Vraag het de webapotheker

                                        Het beste advies krijgt u bij uw eigen apotheek. Daar ontvangt u de zorg en begeleiding die is afgestemd op uw persoonlijke situatie. Mocht dit niet mogelijk zijn, dan kunt u een vraag stellen aan de webapotheker. Een team van apothekers beantwoordt uw vraag in principe binnen enkele werkdagen.

                                        Meldpunt medicijnen

                                        Werkt uw medicijn heel goed of juist niet? Wordt uw medicijn niet vergoed? Of heeft u last van een bijwerking? Meld uw ervaring

                                        Geen ervaringen gevonden

                                        Informatie wordt bijgewerkt: