MedicijnenBuprenorfine

Buprenorfine | buprenorfine

Werkzame stof: buprenorfine


Onderstaande tekst gaat over de werkzame stof buprenorfine.

MedicijnenBuprenorfine

Buprenorfine

Werkzame stof: buprenorfine


Onderstaande tekst gaat over de werkzame stof buprenorfine.

Belangrijkste zakenWaarbij gebruik ik het?Mogelijke bijwerkingenHoe gebruik ik dit?Een keer vergeten, wat nu?Mag ik autorijden, alcohol drinken, alles eten?Gebruik met andere medicijnenGebruik bij zwangerschap of borstvoedingGebruik bij ernstig overgewicht of na maagverkleiningMag ik zomaar stoppen?Onder welke namen verkrijgbaar?Heb ik een recept nodig?
    • Buprenorfine is een sterke pijnstiller.
    • Bij hevige pijn en bij verslaving aan opiaten (bijvoorbeeld heroïne of morfine-achtige pijnstillers) als een ontwenningskuur. Soms bij pijn en jeuk in de laatste levensfase (palliatieve zorg).
    • Tablet onder de tong werkt binnen een half tot 1 uur. Injectie werkt sneller. Bij pijn en jeuk blijft het ongeveer 6 tot 8 uur werken.
    • Pleister werkt na 1 tot 3 dagen en blijft een paar dagen tot 1 week werken.
    • Bij pijn: gebruik zolang u het nodig heeft en volgens een vast schema. Bijvoorbeeld om de 6 tot 8 uur. Bij ontwenningskuren: houd u aan het afbouwschema dat uw arts voor u heeft gemaakt.
    • Verstopping komt vaak voor en kan ernstig zijn. Voorkom dit door elke dag een laxeermiddel te gebruiken. U kunt ook last krijgen van andere maagdarmklachten.
    • U kunt ook suf en duizelig worden. Daarom mag u niet altijd autorijden als u dit medicijn gebruikt. Hoelang u niet mag autorijden hangt af van hoe u dit medicijn gebruikt. Lees de informatie over autorijden in de tekst hieronder.
    • Pas op met alcohol. Dit kan u extra suf maken.
    • Bij langdurig gebruik: u kunt u aan dit medicijn gewend raken. Als u stopt, kunt u ontwenningsverschijnselen krijgen. Bijvoorbeeld hartkloppingen, rillingen, onrust en misselijk voelen. U heeft hier veel minder kans op als u dit medicijn langzaam afbouwt.
    • Bent u zwanger? Of wilt u zwanger worden? Vraag aan uw arts of apotheker of u buprenorfine mag gebruiken. Het is niet zeker of buprenorfine veilig is voor zwangere vrouwen. Gebruik dit medicijn in ieder geval NIET vlak voor de bevalling.
    • Geeft u borstvoeding? U mag dit medicijn voor een paar dagen gebruiken. Gebruikt u dit medicijn voor een langere tijd? Vraag dan aan uw apotheker of arts of u dit medicijn mag gebruiken. Dit medicijn komt in de moedermelk en dat kan bijwerkingen geven bij de baby.

    Download de samenvatting

     

    • Buprenorfine is een morfineachtige pijnstiller (opiaat). Het heeft een sterk pijnstillende werking.

      Artsen schrijven het voor bij hevige pijn, zoals na een operatie of pijn als gevolg van kanker. Artsen schrijven het ook voor bij ernstige jeuk in de palliatieve zorg (zorg in de laatste levensfase) en bij verslaving aan opiaten.

      • Oorzaak
        Een beschadigd deel van het lichaam stuurt via gevoelszenuwen een 'bericht' aan de hersenen. De hersenen reageren hierop door beweging, bijvoorbeeld de handen weg te trekken van een hittebron, en met emoties, zoals angst. In veel situaties zijn deze reacties nuttig, maar bij ziekte, operaties en eerdere verwondingen is dat vaak niet meer zo.

        Pijnbestrijding
        Pijnbestrijding gaat meestal via een stappenplan. Pijnstillers als paracetamol en ibuprofen vormen hierin de eerste stap. Deze zijn bij vele soorten pijn effectief en hebben weinig bijwerkingen.

        Als deze niet voldoende (meer) werken, schrijft de arts sterkere pijnstillers voor. Tweede-stapmiddelen zijn codeïne en tramadol. Derde-stapmiddelen zijn de morfineachtige pijnstillers, zoals morfine, fentanyl of oxycodon. Als deze niet voldoende helpen of niet gebruikt kunnen worden kan de arts buprenorfine voorschrijven.

        Als heftige pijn wordt verwacht, zoals na sommige operaties, zal de arts meteen een sterke pijnstiller voorschrijven. Dit wordt dan na enkele dagen afgebouwd en vervangen door een minder sterke pijnstiller.

        Werking 
        Buprenorfine zorgt ervoor dat het 'bericht' in de hersenen niet of minder sterk aankomt. Hierdoor voelt u de pijn minder en reageert u er rustiger op.

        Effect
        Afhankelijk van het soort toediening merkt u het effect:

        • tabletten voor onder de tong: de werking begint na een half uur tot 1 uur;
        • injectie diep in een spier: de werking begint na 15 tot 30 minuten en is na 1 tot 2 uur op zijn sterkst
        • injectie in een ader: na 15 tot 30 minuten;
        • pleister: afhankelijk van het merk: werking begint na 1 tot 3 dagen

        De werking van de tabletten en de injectie houdt meestal 6 tot 8 uur aan. De werking van de pleister kan enkele dagen aanhouden, afhankelijk van het merk pleister.

        • Palliatieve zorg is erop gericht om lichamelijke en geestelijke ongemakken in de laatste levensfase bij ongeneeslijk zieke mensen te verlichten.

          Buprenorfine wordt gebruikt om pijn in de laatste levensfase te bestrijden. Als andere opiaten niet meer goed werken, kan de arts buprenorfine voorschrijven. Vooral de tablet onder de tong bij doorbraakpijn. Meestal zal in de laatste fase  worden overgeschakeld naar morfine in een infuus via een pomp.

          Buprenorfine in pleisters wordt ook gebruikt om de ernstige jeuk die in de laatste levensfase kan optreden, te bestrijden.

          • Dit medicijn wordt gebruikt om de behoefte te verminderen aan opiaten, zoals heroïne, morfine en methadon.

            Verschijnselen
            Bij een verslaving aan opiaten, zoals heroïne, kunnen bij het stoppen ontwenningsverschijnselen (afkickverschijnselen) optreden. Deze verschijnselen zijn gevoel van ziekte, klamme en koude huid, zweten, kippenvel, een loopneus, diarree, buikkrampen en spierpijn in armen en benen. Deze klachten verdwijnen als het middel weer wordt genomen. De behoefte daaraan wordt lichamelijke afhankelijkheid genoemd.

            Verder blijft een gebruiker door het 'high'-gevoel heel sterk naar het middel verlangen. Vanwege het verdovende effect op gevoel, pijn en ongemak zet hij er alles voor opzij en doet er alles voor om maar te kunnen gebruiken. Vooral de geestelijke afhankelijkheid is heel groot.

            Werking
            Buprenorfine vermindert de ontwenningsverschijnselen die optreden bij stoppen met opiaten. Omdat het  meestal geen 'roes' geeft, kunt u op deze manier wennen aan de afwezigheid daarvan. Door de hoeveelheid buprenorfine gedurende een aantal weken geleidelijk te verlagen, kunt u vervolgens ontwennen.

            Soms wordt buprenorfine gecombineerd met naloxon. Naloxon is een medicijn dat de werking van opiaten tegengaat. Het is toegevoegd aan de combinatie om te voorkomen dat mensen buprenorfine gaan spuiten om toch een roes te ervaren.

            Effect
            Dit middel heeft niet bij iedereen hetzelfde effect. Bovendien is het heel belangrijk goed gemotiveerd te zijn om af te kicken. Bij het gebruik van buprenorfine hoort psychotherapie en sociale begeleiding. Ook is het belangrijk dit middel consequent te blijven gebruiken.

          • Behalve het gewenste effect kan dit medicijn bijwerkingen geven. Dit medicijn is verkrijgbaar als tabletten voor onder de tong, pleisters en injecties.

            De bijwerkingen zijn afhankelijk van de toediening en de toepassing waar u dit medicijn voor gebruikt. De belangrijkste bijwerkingen zijn de volgende.

            Bij gebruik als injectie 

            Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)

            • Sufheid en zeer zelden ook slaperigheid

              Hierdoor zijn uw reactie- en concentratievermogen verminderd, waardoor u een grote kans heeft op ongelukken. Ongelukken kunnen bijvoorbeeld plaatsvinden: in het verkeer, bij het beklimmen van een ladder, bedienen van apparaten of bij bewakings- en controlewerkzaamheden. Maar u heeft bijvoorbeeld ook meer kans te vallen als u 's nachts uit bed moet om naar het toilet te gaan.

            • Duizelingen, gevoel te tollen

            • Maag-darmklachten, zoals misselijkheid, zelden braken en zeer zelden minder eetlust of diarree

              Meestal gaan deze bijwerkingen over als uw lichaam aan dit medicijn gewend is. Heeft u na enkele weken nog steeds last? Raadpleeg dan uw arts.

            Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

            • Verlaagde bloeddruk. Soms kunt u dit merken aan duizeligheid, vooral bij opstaan uit bed of uit een stoel.

              Dit gaat in het algemeen over als u na een paar dagen gewend bent geraakt aan dit medicijn. Als u zich duizelig voelt, sta dan niet te snel op uit bed of van een stoel. U kunt het beste even gaan liggen en de benen wat hoger leggen, bijvoorbeeld op een kussen. Bespreek het met uw arts als u hier last van blijft houden.

            • Duizeligheid 

            • Kleinere pupillen en zeer zelden oogontsteking en dubbelzien

            • Zweten

              Meestal gaat deze bijwerking over als u na enkele dagen aan dit medicijn gewend bent geraakt.

            • Hoofdpijn

            Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

            • Psychische klachten, zoals verwardheid, nervositeit, depressie, rusteloosheid en waanvoorstellingen (hallucinaties)

            • Na langdurig gebruik kan lichamelijke verslaving optreden

              Dit komt omdat het lichaam na verloop van tijd went aan buprenorfine. Als u plotseling stopt met buprenorfine, kunt u last krijgen van ontwenningsverschijnselen. Dit kunt u voorkomen door het gebruik langzaam af te bouwen.

            • Moeite met praten

            • Tintelingen of een doof gevoel in handen of voeten

            • Droge mond. Hierdoor ontstaan sneller gaatjes in uw gebit.

              Poets en flos extra goed als u merkt dat u last heeft van een droge mond. Laat eventueel de tandarts vaker controleren als u dit medicijn gedurende meerdere weken gebruikt. Als u veel last heeft van een droge mond kunt u de aanmaak van speeksel stimuleren met (suikervrije) kauwgom of door te zuigen op ijsblokjes. Het helpt ook als u bij het eten iets drinkt of de voeding vochtig maakt, bijvoorbeeld met jus of vruchtenmoes.

            • Verstopping (obstipatie)

              Gebruik, als dat mogelijk is, vezelrijke voeding en drink veel. Meestal schrijven artsen bij dit medicijn een laxerend middel voor. Raadpleeg uw arts als u door buprenorfine last heeft van verstopping.

            • Moeilijk kunnen plassen

              Dit is vooral belangrijk als u al moeite met plassen heeft door een vergrote prostaat. Neem contact op met uw arts als u problemen krijgt met plassen.

            • Benauwdheid en een bemoeilijkte ademhaling

              Dit komt alleen voor bij zeer hoge doseringen. Neem contact op met uw arts, als de ademhaling heel langzaam en oppervlakkig wordt.

            • Leveraandoeningen. Dit kunt u soms merken aan een gele verkleuring van de huid of het oogwit en donkere urine. Uw arts zal de werking van de lever regelmatig controleren. 

            • Slaap-apneu, een kortdurende periode van ademstilstand tijdens de slaap

              Dit medicijn kan slaap-apneu veroorzaken. Als u al eerder last van slaap-apneu heeft gehad, kunt u hier meer last van krijgen. Neem contact op met uw arts als u merkt dat u nachtelijke aanvallen van stokkende ademhaling heeft of wanneer deze verergeren.

            • Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit merkt u aan huiduitslag, jeuk, galbulten, benauwdheid, duizeligheid of flauwvallen. Dit kan zich uiten in 'angio-oedeem': een zwelling van het gezicht, lippen, mond, tong of keel. U kunt hierbij erg benauwd worden.

              Neem dan direct contact op met uw arts.
              Als u overgevoelig bent voor dit medicijn, mag u het niet meer gebruiken. Geef aan de apotheker door dat u overgevoelig bent voor buprenorfine. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u het in de toekomst niet meer krijgt.


            Bij gebruik als tablet voor onder de tong 

            Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)

            • Slaapproblemen, zoals slapeloosheid

            • Sufheid, vermoeidheid of zelden slaperigheid. Hierdoor zijn uw reactie- en concentratievermogen verminderd, waardoor u een grote kans heeft op ongelukken.

              Ongelukken kunnen bijvoorbeeld plaatsvinden: in het verkeer, bij het beklimmen van een ladder, bedienen van apparaten of bij bewakings- en controlewerkzaamheden. Maar u heeft bijvoorbeeld ook meer kans te vallen als u 's nachts uit bed moet om naar het toilet te gaan.

            • Duizelingen, gevoel te tollen en zeer zelden oorsuizen

            • Hoofdpijn

            • Maag-darmklachten, zoals misselijkheid en zelden braken, buikpijn, diarree, winderigheid of verminderde eetlust

              Meestal gaat deze bijwerking over als uw lichaam aan dit medicijn gewend is. Als u hier na enkele weken nog steeds last van heeft, raadpleeg dan uw arts.

            • Zweten

              Meestal gaat deze bijwerking over als u na enkele dagen aan dit medicijn gewend bent geraakt.

            • Na langdurig gebruik kan lichamelijke verslaving optreden

              Dit komt omdat het lichaam na verloop van tijd went aan buprenorfine. Als het gebruik van buprenorfine plotseling wordt gestopt, kunt u last krijgen van ontwenningsverschijnselen. Dit kunt u voorkomen door het gebruik langzaam af te bouwen.

            Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

            • Verstopping (obstipatie)

              Gebruik, als dat mogelijk is, vezelrijke voeding en drink veel. Meestal schrijven artsen bij dit medicijn een laxerend middel voor. Raadpleeg uw arts als u door buprenorfine last heeft van verstopping.

            • Droge mond. Hierdoor ontstaan sneller gaatjes in uw gebit.

              Poets en flos extra goed als u merkt dat u last heeft van een droge mond. Laat eventueel de tandarts vaker controleren als u dit medicijn gedurende meerdere weken gebruikt. Als u veel last heeft van een droge mond kunt u de aanmaak van speeksel stimuleren met (suikervrije) kauwgom of door te zuigen op ijsblokjes. Het helpt ook als u bij het eten iets drinkt of de voeding vochtig maakt, bijvoorbeeld met jus of vruchtenmoes.

            • Griepachtige verschijnselen, zoals koorts, keelpijn, loopneus, hoesten en rillingen

            • Psychische klachten, zoals rusteloosheid, nervositeit, angstgevoelens, depressie en zeer zelden waanvoorstellingen (hallucinaties), verwardheid en euforie, u voelt zich veel te vrolijk. 

            • Verlaagde bloeddruk. Soms kunt u dit merken aan duizeligheid, vooral bij opstaan uit bed of uit een stoel.

              Dit gaat in het algemeen over als u na een paar dagen gewend bent geraakt aan dit medicijn. Als u zich duizelig voelt, sta dan niet te snel op uit bed of van een stoel. U kunt het beste even gaan liggen en de benen wat hoger leggen, bijvoorbeeld op een kussen. Bespreek het met uw arts als u hier last van blijft houden.

            • Hoge bloeddruk en hartkloppingen. Zeer zelden snellere of juist tragere hartslag. 

            • Spier- en gewrichtspijn, spierspasmen, trillen en tintelingen of een doof gevoel in handen of voeten

            • Hartritmestoornissen. U merkt dit soms aan plotselinge duizelingen of als u even wegraakt.

              Vooral mensen met de hartritmestoornis verlengd QT-interval hebben hier meer kans op. Gebruik dit medicijn NIET als u deze hartritmestoornis heeft.

            • Benauwdheid en zeer zelden een bemoeilijkte ademhaling

              Dit komt alleen voor bij zeer hoge doseringen. Neem contact op met uw arts, als de ademhaling heel langzaam en oppervlakkig wordt.

            • Vasthouden van vocht (dikke enkels en handen)

            Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

            • Leveraandoeningen. Dit kunt u soms merken aan een gele verkleuring van de huid of het oogwit en donkere urine

            • Dubbel zien of wazig zien

            • Slaap-apneu, een kortdurende periode van ademstilstand tijden de slaap

              Dit medicijn kan slaap-apneu veroorzaken. Als u al eerder last van slaap-apneu heeft gehad, kunt u hier meer last van krijgen. Neem contact op met uw arts als u merkt dat u nachtelijke aanvallen van stokkende ademhaling heeft of wanneer deze verergeren.

            • Jeuk

              Dit kan wijzen op overgevoeligheid, maar dat hoeft niet. Overleg met u arts als u hier veel last van heeft (zie hieronder bij Overgevoeligheid).

            • Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit merkt u aan huiduitslag, jeuk, galbulten, benauwdheid, duizeligheid of flauwvallen. Waarschuw dan meteen een arts. In zeldzame gevallen ontstaat zwelling van het gezicht, tong, lippen of keel. Waarschuw dan ook direct een arts.

              Als u overgevoelig bent voor dit medicijn, mag u het niet meer gebruiken. Geef aan de apotheker door dat u overgevoelig bent voor buprenorfine. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u het in de toekomst niet meer krijgt.

            • Moeilijk kunnen plassen


            Bij gebruik als pleister

            Regelmatig

            • Verstopping (obstipatie). Gebruik, als dat mogelijk is, vezelrijke voeding en drink veel. Meestal schrijven artsen bij dit medicijn een laxerend middel voor. Raadpleeg uw arts als u door buprenorfine last heeft van verstopping.

             

            Soms

            • Hoofdpijn.
            • Sufheid en minder vaak ook vermoeidheid en slaperigheid. Hierdoor zijn uw reactie- en concentratievermogen verminderd, waardoor u een grote kans heeft op ongelukken. Ongelukken kunnen bijvoorbeeld plaatsvinden: in het verkeer, bij het beklimmen van een ladder, bedienen van apparaten of bij bewakings- en controlewerkzaamheden. Maar u heeft bijvoorbeeld ook meer kans te vallen als u 's nachts uit bed moet om naar het toilet te gaan.
            • Maag-darmklachten, zoals misselijkheid en braken, zelden buikpijn, diarree, minder eetlust en zeer zelden gewichtsverlies. Meestal gaat deze bijwerking over als uw lichaam aan dit medicijn gewend is. Als u hier na enkele weken nog steeds last van heeft, raadpleeg dan uw arts.
            • Jeuk, huiduitslag, rode huid en zwelling op de plaats van de pleister.

             

            Zelden

            • Droge mond. Hierdoor ontstaan sneller gaatjes in uw gebit. Poets en flos extra goed als u merkt dat u last heeft van een droge mond. Laat eventueel de tandarts vaker controleren als u dit medicijn gedurende meerdere weken gebruikt. Als u veel last heeft van een droge mond kunt u de aanmaak van speeksel stimuleren met (suikervrije) kauwgom of door te zuigen op ijsblokjes. Het helpt ook als u bij het eten iets drinkt of de voeding vochtig maakt, bijvoorbeeld met jus of vruchtenmoes.
            • Psychische klachten, zoals verwardheid, nervositeit, angstgevoelens, depressie en zeer zelden rusteloosheid, agressie, waanvoorstellingen (hallucinaties) en stemmingswisselingen.
            • Slaapproblemen, zoals slapeloosheid en zeer zelden abnormale dromen (nachtmerries).
            • Spierzwakte, trillen en zeer zelden spierpijn en spierspasmen.
            • Benauwdheid en zeer zelden een bemoeilijkte ademhaling. Dit komt alleen voor bij zeer hoge doseringen. Neem contact op met uw arts, als de ademhaling heel langzaam en oppervlakkig wordt.
            • Zweten. Meestal gaat deze bijwerking over als u na enkele dagen aan dit medicijn gewend bent geraakt.
            • Huiduitslag en zeer zelden galbulten. Dit kan wijzen op overgevoeligheid (zie Zeer zelden).
            • Vasthouden van vocht (dikke enkels en handen).

             

            Zeer zelden

            • Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit merkt u aan huiduitslag, jeuk, galbulten, benauwdheid, duizeligheid of flauwvallen. Waarschuw dan meteen een arts. In zeldzame gevallen ontstaat zwelling van het gezicht, tong, lippen of keel. Waarschuw dan ook direct een arts.
              Als u overgevoelig bent voor dit medicijn, mag u het niet meer gebruiken. Geef aan de apotheker door dat u overgevoelig bent voor buprenorfine. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u het in de toekomst niet meer krijgt.
            • Seksuele stoornissen, zoals minder zin in vrijen en moeilijke erectie. Neem contact op met uw arts als u hier last van heeft.
            • Smaakstoornissen, moeite met praten, hik.
            • Droge huid.
            • Moeilijk kunnen plassen. Dit is vooral van belang als u al moeite met plassen heeft door een vergrote prostaat. Neem contact op met uw arts zodra u plasproblemen bemerkt.
            • Rillingen, maar ook blozen en koorts. Raadpleeg uw arts als u hier veel last van heeft.
            • Hoge bloeddruk of juist lage bloeddruk, waardoor u sneller kunt flauwvallen. 
            • Hartkloppingen, versnelde hartslag, pijn op de borst. Waarschuw dan een arts.
            • Wazig zien, droge ogen en vernauwing van de pupillen.
            • Duizelingen, gevoel te tollen en oorsuizen.

             

            Raadpleeg uw arts als u te veel last heeft van één van de bovengenoemde bijwerkingen, of als u andere bijwerkingen ervaart waar u zich zorgen over maakt.
            Heeft u last van een bijwerking? Meld dit dan bij het bijwerkingencentrum Lareb. Hier worden alle meldingen over bijwerkingen van medicijnen in Nederland verzameld. Ik wil een bijwerking melden.

            • Regelmatig: bij meer dan 30 op de 100 mensen
              Soms: bij 10 tot 30 op de 100 mensen
              Zelden: bij 1 tot 10 op de 100 mensen
              Zeer zelden: bij minder dan 1 op de 100 mensen
              • Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek of in de bijsluiter.

                Hoe?

                Tablet voor onder de tong

                • Plaats de tablet onder uw tong. Let op: niet zuigen op de tablet, niet bijten en niet doorslikken.
                • Houd de tablet onder uw tong totdat de tablet volledig is opgelost.
                • Tijdens het gebruik van de tablet mag u niets eten of drinken. Voordat u de tablet gaat gebruiken, mag u wel wat water drinken om uw mond vochtig maken.

                Pleister

                • Breng de pleister aan op een droge, niet geïrriteerde of beschadigde huid van het bovenlichaam, het liefst een plaats die zo min mogelijk behaard is. Plak de pleister elke keer op een andere plaats. Kies hiervoor een plaats die de afgelopen 3 tot 4 weken niet is gebruikt.
                • Let erop dat de plaats waarop de pleister zit niet te warm wordt (niet boven de 40 graden Celsius). Door warmte wordt de werkzame stof namelijk sneller afgegeven dan normaal, waardoor meer bijwerkingen kunnen optreden.
                • Gebruik geen lotion of crème op de plaats waar u de pleister gaat plakken. Vet laat de pleister eraf vallen. Als pleisters er toch steeds afvallen kunt u de randen eventueel vastplakken met een geschikte huidtape. Vraag uw apotheek om advies.

                Injectie
                De injectie zal meestal door een verpleegkundige of arts worden toegediend.

                Wanneer?
                Bij pijn en jeuk: het maakt niet uit welke tijdstippen voor gebruik u voor dit medicijn kiest. Wel raadt de arts u meestal aan om dit medicijn altijd op dezelfde tijden te gebruiken en niet te wachten tot de klachten weer toeneemt.

                Een pleister moet u na een aantal dagen vernieuwen. De 3-daagse pleister verwisselt u uiterlijk na 3 dagen en 4-daagse pleister verwisselt u uiterlijk na 4 dagen. Voor het gemak kunt u tweemaal per week wisselen op vaste tijdstippen, bijvoorbeeld maandagavond en vrijdagochtend.

                De 7-daagse pleister dient u na uiterlijk 7 dagen te verwisselen. U kunt de pleister het beste verwisselen op een vaste dag en tijdstip in de week, bijvoorbeeld elke maandagavond.

                Bij verslaving: kies een vast tijdstip, dan heeft u minder last van ontwenningsverschijnselen en vergeet u minder snel een dosis. Uw arts zal aangeven wanneer u kunt beginnen met de ontwenningskuur. Dit hangt af van uw persoonlijke omstandigheden.

                Hoelang?

                Bij pijn: u kunt het medicijn gebruiken zolang u hevige pijn heeft. Indien uw situatie het toelaat zal uw arts met u overleggen of afbouwen mogelijk is en of u kunt overgaan naar een minder sterke pijnstiller Als u dit medicijn gedurende meerdere weken gebruikt, is er een kans dat uw lichaam er gewend aan raakt. U mag dan niet plotseling stoppen met buprenorfine. Als u dit medicijn al enkele weken gebruikt kunt u beter geleidelijk met buprenorfine stoppen. Dan heeft u minder last van de ontwenningsverschijnselen.

                Bij ontwenningskuren: de hoeveelheid buprenorfine wordt meestal gedurende enkele weken geleidelijk verlaagd. Als u al heel lang verslaafd bent, is het soms nodig buprenorfine enkele maanden of langer te gebruiken.

                • Bij pijn en jeuk
                  Gebruikt u de tabletten voor onder de tong of injecties (zo nodig tot maximaal 4 keer per dag)? Gebruik de vergeten dosis alsnog. Wacht daarna minstens 6 uur voor u weer een volgende dosis gebruikt.

                  Gebruikt u de pleisters en bent u vergeten op tijd de pleister te vervangen?

                  • Komt u er binnen 24 uur achter? Plak de nieuwe pleister alsnog en houd uw normale schema aan.
                  • Komt u er na 24 uur achter? Plak de nieuwe pleister alsnog en verschuif uw schema (als u er na 2 dagen achter komt, verschuif dan uw schema bijvoorbeeld van maandagavond-vrijdagochtend naar woensdagavond-zondagochtend).

                  Bij ontwenningskuren
                  Gebruikt u dit medicijn 1 keer per dag? Bent u vergeten een dosis te gebruiken en merkt u het dezelfde dag? Neem de dosis dan alsnog. Merkt u het pas de volgende dag? Sla de vergeten dosis dan over.

                  Gebruikt u dit medicijn 1 keer per 2 of 3 dagen? Bent u vergeten een dosis te gebruiken? Overleg dan met uw arts.

                   

                  • autorijden?
                    Het kan gevaarlijk zijn aan het verkeer deel te nemen als u dit medicijn gebruikt. Wilt u weten of u met dit medicijn mag autorijden? Beantwoord dan de vragen in het schema hieronder.

                    Let op! Gebruikt u dit medicijn omdat u verslaafd bent aan opiaten? Dan geldt het schema hieronder niet voor u! U mag de eerste 3 maanden dat u dit medicijn gebruikt niet autorijden. Rijd ook geen auto zolang de dosering nog omhoog gaat. Pas nadat u 3 maanden dezelfde dosering heeft gebruikt, mag u weer autorijden. De meeste mensen zijn dan voldoende gewend geraakt aan de effecten. Maar doe dat alleen als u geen last meer heeft van de bijwerkingen.

                    Gebruikt u ook andere medicijnen die deze bijwerkingen geven? Let er dan op dat u meer last kunt hebben van deze bijwerkingen.

                    Let op: ook een (eerdere) behandeling voor een verslaving aan opiaten kan een reden zijn dat u niet mag autorijden. Overleg met uw arts of dat bij u het geval is. Wilt u meer informatie over autorijden bij bepaalde aandoeningen? Kijk dan op de website van het CBR.

                    Voor meer algemene informatie kunt u het thema 'Medicijnen in het verkeer' lezen. In dit thema leest u bijvoorbeeld wat de wet zegt over medicijnen in het verkeer. Ook vindt u adviezen waarmee u rekening moet houden als u wel (weer) mag autorijden.

                    alcohol drinken?
                    Alcohol versterkt het versuffende effect van dit medicijn. Ook als u hier niets meer van merkt, omdat u gewend bent geraakt aan buprenorfine, kunt u door het gebruik van alcohol erg suf worden. Beperk daarom het gebruik van alcohol en drink het liever niet.

                    alles eten?
                    Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen.

                    • Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in de bijsluiter onder het kopje 'samenstelling'.

                      De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

                      • Andere medicijnen die het reactievermogen verminderen. Bij deze medicijnen is vaak op de verpakking een gele waarschuwingssticker geplakt. De effecten op bijvoorbeeld de rijvaardigheid versterken elkaar. Rijd geen auto als u 2 of meer van dergelijke medicijnen gebruikt.
                      • Naltrexon en naloxon. Deze medicijnen gaan de werking tegen van buprenorfine en andere morfine-achtige pijnstillers. Het kan juist om deze reden worden gebruikt, zoals in de speciale combinatietablet voor onder de tong van buprenorfine met naloxon.
                        Naltrexon en naloxon worden ook gebruikt bij mensen die alcoholverslaafd zijn. Mensen die het om die reden gebruiken, moeten er rekening mee houden dat morfineachtige pijnstillers bij hen minder werkzaam zijn. Als u al buprenorfine gebruikt en u krijgt naltrexon of naloxon erbij, kunt u last krijgen van ontwenningsverschijnselen.
                      • Andere morfine-achtige pijnstillers. Buprenorfine voor onder de tong en injecties kunnen de werking van deze pijnstillers verminderen. Soms is dat de bedoeling, namelijk in het geval van verslaving. Maar als u de combinatie bij pijn gebruikt kunt u ontwenningsverschijnselen krijgen. De pleisters met buprenorfine kunt u wel gebruiken samen met een snelwerkende morfine-achtige pijnstiller.
                      • Sommige medicijnen tegen hiv en hepatitis C. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat.

                      Twijfelt u eraan of één van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

                      • Zwangerschap

                        Meld het aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of dit binnenkort wilt worden. Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is onvoldoende bekend om zeker te weten of het veilig is. Weeg daarom samen met uw arts de ernst van uw klachten af tegen het risico voor het kind.

                        Gebruik dit medicijn NIET vlak voor de bevalling. Bij gebruik vlak voor de bevalling kan uw kind na de geboorte moeite hebben met ademhalen. Bovendien kunnen bij gebruik in de laatste 3 maanden van de zwangerschap ontwenningsverschijnselen bij de baby ontstaan.

                        Borstvoeding

                        U kunt dit medicijn veilig voor een korte periode gebruiken als u borstvoeding geeft, bijvoorbeeld enkele dagen. Dit medicijn komt in een zeer kleine hoeveelheid in de moedermelk.

                        Als u dit medicijn voor een langere periode gebruikt kan uw kind ademhalingsproblemen krijgen. Bovendien kan het toeschieten van de moedermelk worden geremd. Overleg hierover met uw arts.

                        Gebruikt u medicijnen op recept of die u zonder recept koopt? Wilt u helpen om de kennis over medicijngebruik tijdens zwangerschap en borstvoeding te vergroten? Meld dan uw ervaring bij Moeders van Morgen.

                        • Maagverkleining

                          Heeft u een maagverkleining gehad? U mag dit medicijn gebruiken, zoals uw arts heeft voorgeschreven. Over het gebruik van dit medicijn na een maagverkleining is nog weinig bekend. Maar er worden geen veranderingen verwacht in de werking en bijwerkingen van dit medicijn.

                          Ernstig overgewicht

                          Heeft u ernstig overgewicht? U mag dit medicijn gebruiken, zoals uw arts heeft voorgeschreven. Over het gebruik van dit medicijn bij ernstig overgewicht is nog weinig bekend. Maar er worden geen veranderingen verwacht in de werking en bijwerkingen van dit medicijn.

                          Als u niet weet of u ernstig overgewicht heeft, dan kunt u dit uitrekenen. Namelijk door uw BMI (Body Mass Index) te berekenen. Dit getal geeft aan of uw gewicht past bij uw lengte. Ga hiervoor naar de BMI-meter en vul uw gewicht en lengte in. Is uw BMI 40 of meer? Dan heeft u ernstig overgewicht.

                          • Het is meestal niet verstandig in één keer te stoppen. Stop daarom geleidelijk door de dosis af te bouwen. Overleg hierover met uw arts.

                            Als u dit medicijn slechts kort heeft gebruikt, bijvoorbeeld enkele dagen, kunt u wel in één keer stoppen.

                            Neem contact op met uw arts als u last krijgt van één van de volgende ontwenningsverschijnselen: onrust, diarree, hartkloppingen, loopneus, niezen, kippenvel, koorts, zweten, rillen, gapen, verlies van eetlust, misselijkheid en maagkrampen.

                            • De werkzame stof buprenorfine zit in de volgende producten:
                              • Ja, u heeft een recept nodig.

                                Buprenorfine is sinds 1978 internationaal op de markt. Het is op recept verkrijgbaar onder de merknamen BuTrans, Temgesic en Transtec en als het merkloze Buprenorfine in tabletten voor onder de tong, pleisters en injecties.

                                Laatst bijgewerkt op 16-10-2024

                                Disclaimer

                                Deze tekst is opgesteld door het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP. Deze tekst is gebaseerd op de bijsluiter van het beschreven medicijn en op andere, wetenschappelijke bronnen. Zoals medische richtlijnen, standaarden en literatuur. Bent u benieuwd hoe het apotheek.nl-team dit doet? Bekijk dan de video. Hoewel bij het opstellen van de tekst uiterste zorgvuldigheid is betracht, is de KNMP niet aansprakelijk voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige onjuistheid in deze tekst. De officiële bijsluiter van dit medicijn vindt u bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen op: www.cbg-meb.nl.

                                Vond u deze informatie nuttig?

                                Vind een apotheek

                                Wilt u meer weten, of heeft u een vraag over uw eigen situatie? Dan raden wij u aan naar uw eigen apotheek te gaan. Uw eigen apotheker is op de hoogte van uw persoonlijke omstandigheden en kan u uitgebreid begeleiden bij uw medicijngebruik. Bent u niet in de buurt van uw eigen apotheek, dan kunt u hier ook andere apotheken vinden.
                                Vind een apotheek blob

                                Vraag het de webapotheker

                                Vraag het de webapotheker

                                Vraag het de webapotheker

                                Het beste advies krijgt u bij uw eigen apotheek. Daar ontvangt u de zorg en begeleiding die is afgestemd op uw persoonlijke situatie. Mocht dit niet mogelijk zijn, dan kunt u een vraag stellen aan de webapotheker. Een team van apothekers beantwoordt uw vraag in principe binnen enkele werkdagen.

                                Meldpunt medicijnen

                                Werkt uw medicijn heel goed of juist niet? Wordt uw medicijn niet vergoed? Of heeft u last van een bijwerking? Meld uw ervaring

                                Geen ervaringen gevonden

                                Informatie wordt bijgewerkt: